Letter from Johan van Bronckhorst to Constantijn Huygens
- Details
- Links
ID
395Record Type
Letter
Date(s)
Permalink(s)
Source(s)
J.A. Worp (ed.), Constantijn Huygens, Briefwisseling. Deel 2: 1634-1639, The Hague, 1913, no. 1770
Additional Notes
Please contact the project team (see About) if you have additional information relevant to this entry.
Bibliography
S. Colvin, ‘Drie brieven van Jan Gerritsz van Bronchorst’, In: Oud Holland, 1886, 4, pp. 212-213. http://www.jstor.org/stable/42721786
Transcription
Also U(we) E(dele) myn heeft behandicht het caertien van Breda, en ick U(we) E(dele) beloofden hetselve verleden woensdach weder te senden met den Haechsche schipper, dan alsoo daer veel werck in was, en ick het soo haest niet en conde copieren, heb oversulckx die stouticheyt getoont en heb het tot saeterdach gehouden. Bidde U(we) E(dele) myn het niet qualich en sal gelieven of te neemen, en sal ter oorsaecken van dien alle danckbaerheyt bewysen, en sende U(we) E(dele) in het caertgen drie printkens, die U(we) E(dele) noch resteeren aen het werck van S(enior) Poelenburch, die ick geest heb; zyn van cleynder importante. Bidde U(we) E(dele) hetselfde gelieve in danck aen te nemen, en sal vorder U(we) E(dele), mynheere, in de protexie van de Almogende bevelen en blyven ......
Actum Utrecht, desen 9 Desember 1637.
Anne-Rieke van Schaik
09 Apr 2021 14:40:26
24 Feb 2022 14:58:12